De winter is de uitgelezen periode om tijd te besteden aan boomonderhoud. Voor een goed eindresultaat is een duidelijke visie nodig. Welke plek wil je dat bomen innemen in het landschap? Welke stappen moet je ondernemen om daar te komen? Wanneer dat duidelijk is, kun je gericht aan de slag.
kapvergunning of niet?
Voordat u de zaag in de boom zet, moet het duidelijk zijn of de bomen op de golfbaan vallen onder de Wet natuurbescherming, of dat de gemeentelijke kapverordening van toepassing is. Voor de Wet natuurbescherming is het van belang of de velling alleen een dunning is (bomen weghalen om andere bomen ruimte te geven), of dat het gaat om kaalkap. In het eerste geval is er geen kapmelding nodig, in het tweede geval vaak wel.
Als de gemeentelijke kapverordening van toepassing is op de golfbaan, dan is het belangrijk om te weten hoe dik de bomen zijn die worden verwijderd. Als een boom op borsthoogte een diameter (DBH) heeft van meer dan 30 cm, is het nodig een vergunning aan te vragen om deze boom te mogen kappen. In sommige gemeentes geldt dat er een kapvergunning moet worden aangevraagd voor bomen dikker dan 10 cm op borsthoogte.
Een kapvergunning valt tegenwoordig onder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, afgekort Wabo. De Wabo regelt de Omgevingsvergunning; de vergunning voor alles wat met ruimtelijke ordening te maken heeft. Via de website van het Omgevingsloket, speciaal in het leven geroepen om op één plek alle benodigde aanvragen te doen, kan een kapvergunning worden aangevraagd.
Naast informatie over het soort werk (verwijderen bomen) en het aantal, wordt gevraagd om diktes van de boom en de reden dat zij moeten verwijderd (veiligheid, dunning, omvorming). Soms kan het zijn dat een gemeente herplanting eist om de hoeveelheid bomen op peil te houden. Lever dus ook altijd een kaartje aan waar locaties op staan aangeven waar eventuele herplant kan plaatsvinden.
Informeer dus tijdig voor welke bomen het
nodig is een kapvergunning aan te vragen
voorbereiding
Allereerst is het belangrijk om te weten wat voor eindbeeld u in gedachten heeft voor de aanwezige beplanting. Een bosvak dat er natuurlijk mag uitzien wordt op een andere manier beheerd dan een bosvak waar een speler zijn bal in moet kunnen vinden. Hiervoor is een gebiedsvisie essentieel. Deze visie is vervolgens uitgewerkt in concrete maatregelen, bijvoorbeeld via een natuurbeheerplan. Op die manier is duidelijk welk referentiebeeld nagestreefd moet worden. Bij een goede voorbereiding van het boomonderhoud wordt ook gekeken naar bomen die gevaarlijk zijn geworden voor het publiek. Zo kan er in een plantvak waar populieren en eiken zijn geplant een deel van deze populieren ‘wijken’ om ruimte te bieden aan de langer levende eiken. Snelgroeiende soorten als populier of abeel zijn aangeplant om een plantvak meer ‘body’ te geven en snel een volwassen beeld te geven. Deze bomen blijven echter maar 40 tot 60 jaar vitaal en takelen daarna af. Aftakelende bomen zijn gevaarlijk. Ze vormen dood hout en kunnen bij stormen in het najaar omwaaien met alle gevolgen van dien.
Aftakelende bomen worden meestal gekenmerkt door dode takken in de boomkroon, rottingen in de stam(voet) en de aanwezigheid van zwammen op de stam. Bij twijfel is het wijs een van onze specialisten in te schakelen die een inschatting kan geven van de noodzaak om een boom nu of over enkele jaren te verwijderen. Deze ‘risicobomen’ moeten ieder jaar opnieuw gecontroleerd worden.
begin tijdig
Het aanvragen van een kapvergunning is soms slechts enkele uren werk, de behandeling door de gemeente duurt echter minimaal 8 weken. Ook de soortbescherming via de Wet natuurbescherming kan van toepassing zijn op uw situatie, wellicht wilt u een vleermuisboom vellen en moet hiervoor aanvullend onderzoek plaatsvinden. In extreme gevallen kan het zelfs 16 weken duren (wanneer er bezwaar wordt aangetekend). Begin dus tijdig met de aanvraag en zorg dat de zaagwerkzaamheden in februari afgerond kunnen worden, in verband met het broedseizoen.